Herstelgerichte dienstverlening bij letselschade
Een letsel kan één, verschillende of alle levensdomeinen negatief beïnvloeden. Negatieve invloeden op het ene levensdomein kunnen weer negatieve invloeden op andere levensdomeinen tot gevolg hebben. Een negatieve spiraal is dan het resultaat. De herstelregisseurs van Wibbens brengen de zelfredzaamheid van slachtoffers en hun herstelgedrag binnen de levensdomeinen in kaart en geven herstelgerichte adviezen.
Genezing is het proces waarbij verschijnselen van een ziekte spontaan of door een behandeling verdwijnen. Daardoor wordt de gezondheid hersteld. Soms zijn er daarna nog restklachten, restverschijnselen of beperkingen.
Een herstelproces is persoonlijk, uniek en verloopt soms grillig. Het heeft veel verschillende aspecten, zoals het hervinden van hoop, het weer opbouwen van een positief zelfbeeld, het herwinnen van de regie over het eigen leven en het opnieuw ontwikkelen van persoonlijke kracht en talenten (empowerment).
De herstelvisie van Wibbens kent vier kernwaarden:
- de cliënt staat centraal, niet het letsel;
- de cliënt is persoonlijk en actief betrokken bij de planning en uitvoering van het traject;
- Wibbens biedt keuzes aan, maar de cliënt kiest zelf zijn richting, samen met de herstelregisseur;
- groeipotentie, vooruitgang en zelfredzaamheid staan in de aanpak centraal.
In letselschadezaken lag de nadruk altijd op een financiële vergoeding van de schade. Steeds meer komt die nadruk op maatregelen te liggen die nodig zijn om het slachtoffer weer een toekomstperspectief te geven. Deze herstelgerichte dienstverlening staat volop in de schijnwerpers. Zij is gericht op het herstel van, het hulpverlenen aan en het organiseren van maatregelen voor slachtoffers. Deze maatregelen zijn bijvoorbeeld het realiseren van aanpassingen en voorzieningen in de woning, op de werkplek of in de auto. Herstelgerichte dienstverlening kan zich ook richten op de directe omgeving van het slachtoffer, in de vorm van coaching of begeleiding bij de verwerking van de gevolgen van het ongeval.
Het doel van herstelgerichte dienstverlening is slachtoffers in staat te stellen hun leven opnieuw inhoud en richting te geven. Slachtoffers worden begeleid naar een situatie die zo veel mogelijk op de situatie van voor het ongeval lijkt of, als dat niet haalbaar is, naar een voor het slachtoffer geheel nieuwe situatie. Het gaat erom een situatie te creëren waarin het slachtoffer zich goed voelt en naar eigen wens kan functioneren. In die situatie kan professionele hulp worden geboden, niet meer dan nodig is, maar zeker ook niet minder. Herstelgerichte dienstverlening is altijd maatwerk en kan een belangrijke rol spelen bij de uiteindelijke regeling van de schade. Als het slachtoffer weer een toekomstperspectief heeft en zijn leven weer kan vormgeven, is er een grote kans op een goede eindafwikkeling.
Slachtoffers van een ongeval zijn in het algemeen de cliënten van de herstelregisseurs. Daarbij hoeft de ernst van het letsel geen rol te spelen. Iedere mens is immers uniek, ieder letsel is anders. Wanneer een slachtoffer in zijn herstel dreigt vast te lopen, kan de herstelregisseur ondersteuning bieden en zaken verhelderen en concretiseren.
In het algemeen richten de herstelregisseurs van Wibbens zich op vooruitgang in acht relevante levensdomeinen: fysiek herstel, psychisch herstel en zorg voor financiën, mobiliteit, wonen, huishouden, werk en sociale omgeving. Herstel kan dus in dit verband breed worden opgevat. Het gaat niet alleen om fysiek herstel op het gebied van belastbaarheid, maar bijvoorbeeld ook op praktisch, psychologisch, emotioneel en sociaal gebied.
Een letsel kan gevolgen in verschillende levensdomeinen hebben. De herstelregisseur brengt de problematiek in kaart en geeft een inschatting van de mate van zelfredzaamheid in die levensdomeinen. Wibbens onderscheidt op dat punt drie niveaus: 1) veel belemmeringen en dus niet zelfredzaam, 2) enkele beperkingen en dus beperkt zelfredzaam en 3) nauwelijks beperkingen en dus voldoende zelfredzaam. Op deze manier ontstaat een duidelijk beeld van de situatie en van de belemmeringen die het herstel doen stagneren.
Een herstelregisseur kan zinvol werk verrichten wanneer er bijvoorbeeld sprake is van:
- middelzwaar of zwaar letsel;
- stagnatie van het herstel;
- niet aangeboren hersenletsel of licht traumatisch hersenletsel;
- zwaar orthopedisch letsel;
- letsel bij zelfstandigen;
- letsel bij kinderen.
U kunt de herstelregisseurs van Wibbens de onderstaande punten voorleggen. U kunt deze lijst downloaden en tijdens het gesprek als leidraad gebruiken.
Wanneer de cliënt een loondienstverband heeft, kunt u de herstelregisseur vragen:
- na te gaan in hoeverre het letsel de werkzaamheden van de cliënt belemmert;
- na te gaan in hoeverre de arbeidsverhouding tussen de cliënt en de werkgever is verstoord;
- na te gaan of, en zo ja hoe, de werkplek van de cliënt kan worden aangepast;
- na te gaan of de werkgever kan worden geholpen, bijvoorbeeld met werkplekaanpassingen, om de cliënt in dienst te houden;
- de (nieuwe) werkgever voor te lichten over subsidiemogelijkheden (bijvoorbeeld no-risk en premiekortingen) of over (co)financieringsmogelijkheden vanuit het letselschadetraject;
- duidelijk te maken hoe de werkgever de re-integratie vormgeeft;
- duidelijk te maken hoe het UWV het re-integratietraject vormgeeft en bij de problematiek van de cliënt laat aansluiten;
- na te gaan of het UWV al tot een WIA-beoordeling is overgegaan (na 104 weken ziekte) en zo ja, of de cliënt het daarmee eens is.
Wanneer de cliënt een uitkering krijgt, kunt u de herstelregisseur vragen:
- na te gaan of het UWV al tot een eerstejaarsbeoordeling is overgegaan en zo ja, deze te analyseren en advies uit te brengen.
- de WIA-beoordeling te analyseren en advies uit te brengen over de mogelijkheden om in bezwaar te gaan.
- na te gaan hoe het UWV de re-integratie vormgeeft;
- na te gaan welke arbeidsmogelijkheden de cliënt heeft en of de cliënt aan werk kan worden geholpen?
Wanneer de cliënt een ondernemer is, kunt u de herstelregisseur vragen:
- na te gaan in hoeverre het letsel de continuïteit van de onderneming beïnvloedt;
- uit te rekenen wat het verlies aan verdienvermogen is door de gevolgen van het letsel;
- een bedrijfskundige analyse op te stellen waarbij het bedrijf en de marktomgeving worden doorgelicht en kansen en bedreigingen in kaart worden gebracht;
- de financiële situatie van de onderneming in kaart te brengen;
- te coachen op diverse terreinen van het ondernemerschap;
- onderzoek te doen naar alternatieve bedrijfsstrategieën.
Wanneer de cliënt een schoolgaande of studerende jongere is, kunt u de herstelregisseur vragen:
- na te gaan in hoeverre het letsel de opleiding van de cliënt beïnvloedt;
- ondersteuning te geven bij het zoeken naar een alternatieve opleiding;
- in overleg te gaan met de onderwijsinstelling om aanpassingen in de opleiding te bespreken;
- ondersteuning te bieden in het zoeken naar een geschikte stageplek.
Wanneer vanwege het ongeval de belastbaarheid is veranderd, kunt u de herstelregisseur vragen:
- de actuele belastbaarheid door een verzekeringsarts te laten vaststellen (FML);
- onderzoek te doen naar een geschikt multidisciplinair revalidatieprogramma;
- cognitieve beperkingen te onderzoeken door middel van een neuropsychologisch onderzoek (NPO);
- onderzoek te doen naar mogelijkheden voor cognitieve revalidatie;
- de mogelijkheden van (ergonomische) hulpmiddelen of voorzieningen in de werksituatie te onderzoeken;
- de mogelijkheden van hulpmiddelen of voorzieningen in de thuissituatie te onderzoeken.
Wanneer er sprake is van zwaar letsel, kunt u de herstelregisseur vragen:
- onderzoek en analyse uit te voeren met betrekking tot de verschillende levensdomeinen;
- een analyse te maken van de zorgschade, zorgbehoefte vaststellen: verpleging, verzorging, begeleiding en toezicht;
- een Wmo-traject te begeleiden;
- de huishoudelijke hulp behoefte in kaart te brengen;
- ondersteuning te bieden bij het opstellen van een zorgplan in het kader van de Wet langdurige zorg of intensieve kindzorg;
- bouwkundig advies te geven (kostenraming, vergunningen en financiering);
- onderzoek te doen naar een alternatieve woning.
In het algemeen kunt u de herstelregisseur vragen:
- na te gaan of een bezwaar of een beroepszaak tegen een beslissing van het UWV kans van slagen heeft;
- ondersteuning te zoeken bij het in bezwaar of in beroep gaan tegen een beslissing van het UWV;
- na te gaan in hoeverre het letsel de terugkeer van de cliënt in het eigen werk belemmert;
- na te gaan in hoeverre het letsel de inzet van de cliënt bij huishoudelijk werk belemmert;
- na te gaan in hoeverre het letsel de inzet van de cliënt bij tuinwerkzaamheden belemmert;
- na te gaan of de revalidatie adequaat wordt vormgegeven en of er eventueel een alternatieve aanpak is;
- na te gaan of de woning van de cliënt moet worden aangepast;
- op arbeidsdeskundige gronden de belastbaarheid in het kader van werk, huishouden of zelfwerkzaamheid te onderzoeken.
Wibbens letselschadeherstel is onderdeel van Wibbens advies.
Kijk ook op wibbensarbeidskundigadvies.nl en wibbensbedrijfskundigadvies.nl
Wibbens - 2024